Onlangs zag ik op TV de uitzending “e-health:hype of zorgrevolutie“.
‘Fijn’, was mijn eerste reactie. Goed dat ontwikkelingen nu wat meer openbaar worden, en zich niet langer afspelen in een select gezelschap van app-ontwikkelaars, ICT-bedrijven, voorlopers in de zorg, onderzoekers en sinds kort ook verzekeraars.
Tegelijkertijd vroeg ik me af of het ratjetoe van ontwikkelingen en meningen dat voorbij kwam, een willekeurige geïnteresseerde maar niet-ingevoerde kijker nu wel zoveel wijzer maakte.
Dat ongemak had te maken met het taalgebruik, en de sprekers die voorbij kwamen. En vooral wat er niet verteld en getoond werd.
In de eerste plaats het woord zelf, ‘E-health’. Ik heb het al vaak uitgesproken in gesprekken, maar struikel er nog steeds over. Voordat je toekomt aan de inhoud, moet eerst het begrip zelf vertaald worden. Niet handig dus. Dan liever ‘digitale zorg’ als paraplu.
Onder die enorme paraplu van digitale zorg valt inmiddels steeds meer: duizenden gezondheidsapps, videoconsulten, thuismetingen, gezondheidswebsites, zorgrobots. Het is een ratjetoe, en ook dat maakt het niet eenvoudiger. Want wie gebruiken welke apps nu concreet, en welke websites? Wat is er inmiddels op het gebied van thuismetingen en hoe bevalt dat gebruikers en hun zorgverleners? En welke zorginstellingen gebruiken beeldbellen en hoe bevalt dat de gebruikers ervan?
Vooral de meningen werden zichtbaar in de uitzending. Meningen van mensen uit de zorg. Concrete cijfers en getallen over gebruik ontbraken.
Gebruikers niet in beeld
Wat vooral ontbrak waren de gebruikers van digitale zorg. Zij kwamen helemaal nergens in beeld. Degenen waarvoor het bedoeld is, met name de vier miljoen chronische zieken die ervan zouden kunnen profiteren, bleven onzichtbaar. Ouderen – grootgebruikers van de zorg – doen nog steeds niet mee in de ratrace om de nieuwste technologie. De grote kloof in beleving- en ervaringswereld van veelal oudere gebruikers en jonge ontwikkelaars komt nergens zo pijnlijk tot uitdrukking als in het gebied waarin de oudere zich het meest herkent: de gezondheid.
Wie wel voor de camera kwam in de uitzending was afkomstig uit de gezondheidszorg. Dat daar kritisch gekeken wordt, mag duidelijk zijn. Vooral de vraag of het wat toevoegt aan de zorg, stond voorop. Plus de vraag naar de patiëntveiligheid. Terechte vragen, maar ze gelden – als het goed is – voor alle behandelingen, ook de eeuwenoude.
Minister Schippers van Volksgezondheid en staatssecretaris van Rijn hebben grote plannen. In haar Kamerbrief van 2014 zijn digitale zorgtoepassingen vooral bedoeld om de zelfregie te vergroten.
Een mooi streven. Of digitale zorg daar inderdaad een grote rol in gaat spelen, moet nog blijken. Zolang de (oudere) gebruiker daar niet in gekend en gehoord wordt en het niet omarmt, blijft de meeste nieuwe technologie op de plank liggen.
José van Berkum is communicatiewetenschapper en – adviseur. Ze is gespecialiseerd in ouderencommunicatie (www.vbcom.nl).