Wie van de drie: wil de echte oudere opstaan?

The best is yet to come-01

Beleidsmakers, kennisinstituten en ontwikkelaars van technologie hebben het idee dat nieuwe technologie ouderen kan helpen langer zelfstandig thuis te wonen. Want het is toch handig om automatisch de lichten aan en de gordijnen dicht te doen? Of via het beeldscherm de wijkverpleegkundige te spreken?

Het loopt echter niet storm met verkoop en  gebruik van domotica, (technologie in en rondom huis)en eHealth (digitale zorg) en dat zit niet alleen in de onuitsprekelijke benamingen, die niet voor zich spreken. Het zit hem vooral in de manier waarop dezelfde beleidsmakers, ontwikkelaars van technologie en kennisinstituten aankijken tegen ‘ouderen’.

Wederzijdse beeldvorming  

Inmiddels drie jaar geleden  was er een pilot in Vught, vanuit de woningbouwcorporatie. De directeur was zijn tijd  vooruit, want dacht dat Mibida, een digitaal platform voor bewoners en hun familie, kon voorzien in een moderne vorm van informatie, tijdverdrijf, burenhulp en contact.  Van het Brabants Dagblad tot aanbiedingen van de buurtsuper, van het weerbericht tot kaartspelletjes,  elkaar leren kennen en op elkaar letten: alles kon.  Het mocht niet zo zijn. Het initiatief stierf in schoonheid, omdat de betrokken ouderen zich nog te jong voelden en niet eenzaam. “Misschien als ik oud ben en het echt nodig heb. Maar nu ben ik praktisch nooit thuis en ik voel me niet eenzaam”.

In een notendop de kloof tussen hoe er tegen ouderen en hun behoeften wordt aangekeken, en hoe – op hun beurt – ouderen aankijken tegen zichzelf, technologie en alle goede bedoelingen daarmee.

Van permanentje  naar babyboomers

Nog niet zolang geleden, in de jaren vijftig van de vorige eeuw, waren ouderen een volstrekt onbetekenende en onbelangrijke groep voor beleidsmakers en bedrijven. De mannen stopten na hun 65-ste met werken en  gingen met pensioen.  De vrouwen gingen door met het huishouden en de zorg voor hun vaak inwonende ouders. Ouderen verdwenen uit het openbare leven, en hadden over het algemeen weinig te verteren.

Dat veranderde langzaam maar zeker. Er kwamen verpleeg- en verzorgingshuizen, en een onderscheid tussen gezonde en kwetsbare ouderen. Ouder zijn werd (en wordt) nog steeds vooral geassocieerd met ‘zwak, kwetsbaar en niet-productief’, een cultureel gegeven.

Ouderen van nu zijn moeilijker in een hokje te plaatsen. Om te beginnen laten ze zich daar niet meer in plaatsen, want het zelfbewustzijn van vooral de ‘babyboomers’ heeft er voor gezorgd dat er een nieuwe generatie ouderen in beeld komt: de hoogopgeleide, rijkere, actieve en gezonde oudere. De chronologische leeftijdsgrens van 65 doet er inmiddels niet meer toe, het begrip ‘oudere’ is heel rekbaar geworden. Als het om werkzoekenden gaat, is iemand van 45 of 50 jaar al (té) oud. In Amerika  is  the American Association for Retired Persons (AARP) toegankelijk voor mensen vanaf vijftig jaar.

Zo oud zijn, als je je voelt

Behalve de chronologische leeftijd speelt de psychologische leeftijd  een steeds belangrijker rol.  Want je bent zo oud, als je je voelt.  Ook biologisch zijn er veel verschillen met de vorige generatie.  Steeds meer ouderen zijn gezond en fit, en staan volop in het leven.  Voelen deze ouderen zich kwetsbaar? Nee, hooguit geïrriteerd omdat ze vanwege hun leeftijd dit  stempel automatisch krijgen toegedicht.  Het  doet geen recht  aan hoe mensen zich voelen én  reduceert hen tot hun chronologische leeftijd.

Veel mensen die de 65 gepasseerd zijn, voelen zich niet aangesproken door het woord ‘oudere’. Ze herkennen het niet voor hunzelf, hooguit voor een ander. Want het begrip ‘oudere’ is inmiddels een begrip geworden waarmee iedereen die niet oud is, aan de haal gaat. Om de mensen waarvoor het bedoeld is, vooral ervan te overtuigen dat het toch echt goed is voor hen.

En dat werkt niet, gezien de geringe animo voor technologie die specifiek voor ouderen ontwikkeld heet te zijn. Geen twee ouderen zijn identiek. En dat maakt het moeilijk afstemmen op de beoogde doelgroep. Want technologie voor ouderen: voor wie is dat dan bedoeld?

Dit blog is geschreven door José van Berkum. Zij is zelfstandig communicatiewetenschapper en – adviseur (www.vbcom.nl). Volg haar op Twitter of Facebook (Van Berkum Communicatie).

 

Wat kunnen we van je leren?

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s