‘Als je oud bent, heb je niks meer te vertellen’

Ik zie het appartement van mevrouw Janssen nog duidelijk voor me.  Mw. Janssen

De hal met het dressoir, de spiegel erboven. Rechts de kapstok en even verder haar slaapkamer en de logeerkamer. Aan de muur een prachtig door haar zelf geborduurd schilderij, ik noem het de Blauwe Dame. De kleine keuken is zoals altijd opgeruimd, alles keurig op zijn plaats.

De woonkamer is ruim, met schilderijen van haar artistieke oudste zoon, en een gedenkplek met foto’s van haar overleden man en jongste zoon. De kamer ademt creativiteit en kwaliteit. Mevrouw Janssen houdt van haar ruime appartement: ‘Ik heb hier vanaf het begin heel fijn gewoond. Echt een fijne buurt, met het park om de hoek en het winkelcentrum dichtbij’.

Nu woont ze ergens anders, in een huis voor mensen met dementie. Ze moet wennen, woont er pas een maand. Ze heeft nu een kleine eigen kamer, en ruime gemeenschappelijke ruimten. Herinneringen aan haar appartement heeft ze nog, haar vergeetachtigheid komt en gaat. Ze heeft zich voorgenomen er het beste van te maken en dat tekent haar levensinstelling.

‘Wordt maar niet oud, want er is niets aan’, hoorde ik de laatste jaren steeds vaker. Ze was zich ervan bewust dat ze steeds meer vergat, en vond dat vooral voor anderen verschrikkelijk. ‘Dan denken ze dat ik hen vergeet of niet belangrijk vind’.

In de tien jaar dat ik mw. Janssen bezoek, heb ik haar langzaam maar zeker zien veranderen. Twaalf jaar geleden reisden we nog samen naar Duitsland, waar haar zoon Paul woonde met zijn vrouw. Paul stierf in het najaar van 2011, haar man in datzelfde voorjaar.

We praatten er wel eens over, over Paul en hoe het vroeger was. Ze moet verdrietig geweest zijn, diep bedroefd, maar erover praten doet haar goed. We wandelden in het park, als het even kon, zij achter haar rollator. En dat waren grote rondjes, lichamelijk was ze nog helemaal in orde.

Corona deed haar de das om. Inmiddels 90 jaar was ze in het voorjaar van 2020, en ze mocht niet meer naar de winkel, naar het park, geen bezoek. Ook ik staakte mijn bezoekjes, maar belde regelmatig. Ze voelde zich steeds meer ontheemd, en eenzaam, op een wonderbaarlijk, nuchtere manier die volgens mij hoort bij ouder worden.

Het wankelen en vallen nam toe, het werd gevaarlijk. De thuiszorg die kwam voor medicijnen en maaltijden merkte het als eerste. Er kwam een sleutelkastje, en er werd vaker gebeld om te informeren naar haar plaats op de wachtlijst. Mw. Janssen intussen kreeg steeds meer het gevoel dat alles om haar heen geregeld werd. Ze herkende thuiszorgmedewerkers niet meer, en zei steeds vaker ‘Als je oud bent, heb je niks meer te vertellen’.

Plotseling kwam er een plaats vrij, en in een paar weken tijd was ze verhuisd.

En nu woont ze dan beschermd, en veilig, hoewel ze zich nog steeds afvraagt waarom ze weg moest uit haar appartement. ‘Het is voor Rolf fijn dat hij weet dat er nu altijd iemand in de buurt is’, vertel ik haar dan. Rolf is haar oudste zoon, hij woont vlakbij Berlijn en kan nu pas weer vaker op bezoek komen.

Al met al ben ik blij dat ze nu beschermd woont, in een kleinschalig huis, met ruime tuin en activiteiten. Bewoners kunnen gemakkelijk in en uit lopen, de sfeer is open en huiselijk.

Toch voel ik me verdrietig als ik die wijze, goedverzorgde en sportieve vrouw zie worstelen met haar vergeetachtigheid. Het machteloze gevoel probeer ik om te zetten in positieve aandacht voor haar en realiseer me dat ik niet méér dan dat kan doen, als radartje in de eeuwige cyclus van leven en dood.

Deze blog is geschreven door drs. J. (José) van Berkum. Ze is publiciste en adviseur en gespecialiseerd in wonen, welzijn & technologie van senioren. Volg haar op José van Berkum | LinkedIn en Anciano | Facebook

Wat kunnen we van je leren?

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s